De brief handelt over het kappen van bomen en de financiering hiervan. De Infante Isabella en M. Monfort (graveur, vriend van Rubens, directeur van de munt van Brabant) worden in dit verband enkele keren in de brief genoemd. Het hout is vermoedelijk bestemd voor de bouw/reparatie van dijken ter verdediging van Antwerpen waarover eveneens sprake in brieven d.d. 16 juni 1634 en 2 juli 1634. (zie Rooses en Ruelens)
Volgens Rooses en Ruelens is de bestemmeling mogelijk dezelfde duc d'Olivarez waaraan de brief d.d. 2 juli 1634 gericht is, met de melding dat deze duc d'Olivarez niet de graaf-hertog betreft. In de kantlijn van de vertaling van de brief staat bijgeschreven dat de bestemmeling de Markies van Aytona zou zijn. Zijn naam wordt in verband met de dijken ook vermeld in beide andere brieven.
Volgens Magurn (1955) is de bestemmeling mogelijk Giovanni de Medici, Marquis de San Angelo (= military engineer). Ook voor de brief van 2 juli wordt hier Giovanni de Medici voorgesteld als mogelijke bestemmeling.